- hemel
- {{hemel}}{{/term}}1 [uitspansel; verblijf van de goden, van God] ciel 〈m.; meervoud: cieux〉2 [zichtbaar deel van de hemel; ook beeldende kunst] ciel, ciels 〈meervoud〉3 [oord, toestand van gelukzaligheid] paradis 〈m.〉4 [overkapping] 〈m.b.t. bed〉 ciel (ciels) de lit ⇒ 〈algemeen〉baldaquin 〈m.〉♦voorbeelden:1 zij zijn zo ver van elkaar als hemel en aarde • ils sont (différents) comme le jour et la nuithemel en aarde bewegen • remuer ciel et terrehet scheen of hemel en aarde zouden vergaan • on aurait dit que c'était la fin du monde〈figuurlijk〉 tussen hemel en aarde zweven • ±être dans l'incertitudeeen verschil van hemel en aarde • une différence du tout au toutin 's hemels naam • au nom du cielom 's hemels wil • pour l'amour du cielonder de blote hemel (slapen) • (coucher) à la belle étoilelieve, goeie hemel! • juste ciel!de hemel beware me • le ciel m'en préserveje mag de hemel wel danken • tu peux remercier le cielde hemel weet waar hij is • Dieu sait où il estde hemel zij dank! • béni soit le ciel!de sterren aan de hemel • les étoiles dans le cielde zon staat al hoog aan de hemel • le soleil est déjà haut au firmamentiemand, iets de hemel in prijzen • élever qn., qc. jusqu'au cielOnze Vader die in de hemelen zijt • Notre Père qui êtes aux cieuxhet oog ten hemel heffen • lever les yeux au ciel〈figuurlijk〉 hij was in de zevende hemel • il était au septième cielde hemel is mijn getuige • le ciel m'est témoin2 donkere wolken vertoonden zich aan de politieke hemel • des nuages noirs s'amoncelaient à l'horizon politiqueeen heldere plek aan de hemel • une éclaircie3 hij heeft de hemel verdiend • il a mérité le paradis〈Algemeen Zuid-Nederlands〉 zijn hemel op aarde verdienen • gagner le paradisin de hemel komen • aller au cielhij heeft een hemel op aarde • il a son paradis sur terre¶ dat is ten hemel schreiend • c'est révoltant
Deens-Russisch woordenboek. 2015.